Leiden, monument aan de Atjehstraat

Het monument aan de Atjehstraat te Leiden is opgericht ter nagedachtenis aan de leden van Woningbouwvereniging 'De Eendracht' die tijdens de bezettingsjaren door oorlogshandelingen zijn omgekomen. Van de 29 personen die bij de razzia van 15 op 16 mei 1944 werden opgepakt en naar concentratiekampen gebracht, keerden er 13 niet terug. De namen van de 13 slachtoffers luiden: J. Boom, L. de Bolster, C.H. Carton, M. Dubbeldeman, J. Dubbeldeman-v. Weeren, J.Ph. v. Egmond, I. Filippo, J.J. Lezwijn, N. Olivier, H.J.G. Paalvast, J. Pennenburg, J. Teske en J.Th. Welling. Oprichting De oprichting van het gedenkteken was een initiatief van het bestuur van de Woningbouwvereniging 'De Eendracht'. De plaquette was aanvankelijk ingemetseld in een hoge muur. Maar doordat de gedenkplaat steeds werd beklad, werd in maart 1970 besloten het monument te slopen en de plaquette te bevestigen aan het badhuis op de hoek van de Medusastraat en de Sieboldstraat. In verband met de sloop van het badhuis besloot het bestuur van de Woningbouwvereniging Zijl en Vliet (waarin 'De Eendracht' is opgegaan) in januari 1995 de plaquette weer naar de oude plek terug te brengen en aan te brengen op de gedenkzuil aan de Atjehstraat. De zuil herinnert aan het 25-jarig jubileum van 'De Eendracht' in 1937.